Ontario

Ontario is het hart van Canada. Het regeringscentrum van het land is gevestigd in de hoofdstad Ottawa. Toronto is met vier miljoen inwoners het toonaangevende financiele en commerciële centrum van Canada. Met meer dan 13 miljoen inwoners is Ontario de dichtstbevolkte provincie van het land. Het grootste deel van de bevolking van de provincie woont in het zuidelijk deel en Zuid-Ontario is dan ook een van de meest verstedelijkte gebieden ter wereld.

Emigratieland

Ontario is een vestigingsplaats voor mensen met meer dan 200 verschillende etnische achtergronden, die meer dan 100 talen spreken. Het is in het verleden ook wel omschreven als een plek ‘waar iedere inwoner een buitenlander is, voor wie thuis meestal een ander land betekent’.

Vooral na de tweede wereldoorlog is een groot aantal Nederlanders geemigreerd naar Ontario, met als belangrijkste reden het verlangen naar een beter leven voor hun gezinnen. De keuze voor Canada had te maken met de goede naam van het land als gevolg van de enorme Canadese inzet voor de bevrijding van Nederland. De meeste emigranten maakten de overtocht met schepen van de Holland-America Line en kwamen het land binnen via de haven van Montreal of via de bekende Pier 21 in Halifax.

Geschiedenis

Ontario werd 7.000 jaar geleden al bewoond door diverse indianenstammen. De naam van de provincie is een variatie op de naam Kanadario, wat ‘mooi water’ betekende. Rond 1610-1615 kwamen de eerste Europese ontdekkingsreizigers. Samuel de Champlain bereikte Ontario namens de Fransen via de St. Lawrence River. Henry Hudson kwam via het noorden en claimde het gebied rond wat nu de Hudson Bay heet namens de Engelsen. De Fransen en de Engelsen hadden beiden commerciële belangen bij Ontario en vooral de bonthandel was zeer winstevend. Na jaren van strijd om het land stonden de Fransen het uiteindelijk in 1763 officieel af aan Groot Brittannie.
In de jaren na 1820 groeide de bevolking van Ontario snel. Veel kolonisten kwamen uit Engeland, Schotland en Ierland. Rond 1830 woonden er ongeveer 235.000 mensen in heel Canada.
Op 1 juli 1867 vormden de provincies Ontario, Quebec, Nova Scotia en New Brunswick samen de Dominion of Canada. In de jaren daarna zijn ook de andere provincies tot de federatie toegetreden. De eerste minister was John A. Macdonald. Toch had Canada nog tot 1931 een beperkte zelfstandigheid. Ze werden bijvoorbeeld automatisch bij de eerste wereldoorlog betrokken toen Groot Brittannie met Duitsland in oorlog raakte. Pas in 1982 verdween met de aanname van de Canada Act het laatste restje Britse controle over het land. Het staatshoofd van Canada is echter nog altijd de Engelse koningin Elizabeth.
Na de tweede wereldoorlog kreeg Ontario een nog diversere bevolking met de intocht van Oost-Europeanen en Aziaten. Er kwamen wel 100.000 emigranten per jaar!

Economie

Ontario is de motor van de Canadese economie. De drie grote autofabriekanten General Motors, Ford en Chrysler zijn hier gevestigd, en ook Honda en Toyota hebben productie-eenheden in Ontario. Het percentage bedrijven dat in buitenlandse handen is, ligt in Canada hoger dan in elk ander belangrijk industrieland.

Fauna

Door de enorme oppervlakte (meer dan een miljoen hectare land en water) komen er veel verschillende diersoorten voor in Ontario, waaronder meer dan 80 verschillende zoogdieren en 400 soorten vogels. Hieronder volgt een kleine selectie van de dieren die je als toerist kunt tegenkomen:

  • Eekhoorn (squirrel); in de zomer zie je in tuinen of parken altijd wel een aantal eekhoorns. Ze zijn er in de kleuren grijs, bruin, zwart of (zeldzaam) spierwit.
  • Hert (white tailed deer); in zuid Ontario komen zoveel herten voor dat er bijna dagelijks botsingen zijn tussen auto’s en herten.
  • Groundhog (ook wel woodchuck); deze komen niet voor in Europa en er is dan ook geen vertaling voor. De groundhog lijkt op een bever maar dan zonder de platte staart. Op 2 februari is het Groundhogday in Noord Amerika. Als het dier dan uit zijn hol komt en zijn eigen schaduw ziet, duurt de winter nog minstens zes weken. Ziet hij zijn schaduw niet dan is er een vroeg voorjaar op komst.
  • Wasbeer (raccoon); ze zien er schattig uit maar voor de meeste inwoners van Ontario zijn raccoons slechts ongedierte. Ze kunnen in hun zoektocht naar voedsel en onderdak veel schade aanrichten aan daken, garages en tuinen. Helaas worden er s’nachts veel raccoons doodgereden en zie je er altijd wel eentje langs de kant van de weg liggen. 
  •  
  • Stinkdier (skunk); deze komen overal in Ontario voor; in dorpen of op het platteland. Als de stinkdier zich bedreigd voelt dan steekt hij zijn staart uit, zet de staartharen op, klappert met zijn tanden en stampt op de grond met zijn voorpoten. Als dat niet helpt gaat hij op zijn voorpoten staan en spuit hij een zeer stinkende vloeistof over zijn vijand. Hij kan drie tot vijf meter ver spuiten, maar de stank is van verre te ruiken.
  • Zwarte beer; er leven tussen de 75.000 en 100.000 zwarte beren in Ontario. Ze komen niet voor in Zuidwest Ontario, wel kun je ze tegenkomen op het schiereiland Bruce Peninsula, op Manitoulin Island en in het Algonquin Provincial Park. Sterker nog; zwarte beren hebben in heel Noord Amerika de meeste dodelijke slachtoffers gemaakt in het Algonquin Provincial Park! Toch kun je er gerust gaan kanoen en kamperen; de meeste bezoekers (en dat zijn er meer dan 8 miljoen sinds de oprichting van het park) hebben er nog nooit een zwarte beer gezien. 

Ook voor visliefhebbers is Ontario een aantrekkelijke provincie. Er zijn meer dan 250.000 meren in Ontario. Deze meren bevatten een derde van al het zoet water in de wereld. In deze meren en in een aantal van de grote rivieren zoals de Grand River vind je zalm, forel, baars, snoek, carper en meerval.

Point Pelee National Park, het meest zuidelijke punt van Canada, biedt elk jaar onderdak aan duizenden trekvogels. In het voor- en najaar trekt het park dan ook veel vogelliefhebbers.